30 april 2011

The hunt for Lac du Vette mirrors


1985 Twee spiegels die tegelijkertijd mijn haakaas pakten.

Ik ben niet zo van het doelen stellen, maar dit jaar maak ik een uitzondering. Ik open de jacht op de spiegels van Lac du Vette. Twintig stuks zullen er op de onthaakmat moeten komen. Een uitdaging, want het aantal spiegels dat er rondzwemt staat in geen verhouding tot het aantal schubs.
In het verleden heb ik er regelmatig gevist met o.a. Sander. Soms liep het belachelijk hard, kwamen er in een nachtje dertien vissen op de kant, maar zagen we geen enkele spiegel. Uiteraard werd er ook geregeld keihard geblankt.

26 april 2011

Ruisvoorns en karpers


Vandaag even twee uurtjes zonder hengel op stap. Ik heb even genoeg van het rondrijden en zoeken naar karpers die eventueel vangbaar zijn. Vooral omdat de karpers toch geen sjoege geven of bijna aan het paaien zijn en hard voorbij zwemmen.

Ik bezoek een paaisloot van Lac du Vette, waar nog maar een paar karpers zijn achtergebleven. Van de ene op de andere dag is de sloot bijna helemaal leeg. De nu nog aanwezige karpers azen op de bodem, slobberen tegen de kant en tussen riet en liggen in de zon. Een uitgelezen kans om er een paar te vangen...

23 april 2011

Spagaat

Een spagaat, dat is waarin Sander en ik zitten. We willen wat vangen, maken ook vele kilometers, bezoeken vele wateren, maar we worden teveel afgeleid door en geconfronteerd met paaiende karpers. Met de hengels achterin de auto gaan we op zoek naar karper. Een samenvatting van de afgelopen dagen:

Het Haarlemmermeerse bos. Zonnebadende mensen, wandelaars en vissers. In de eerste de beste ondiepe hoek ontdekken we karpers. Twee vissers zitten vijftig meter verderop voor hun tentje achter hun rod pods. Als ze iets verder hadden gekeken en logisch hadden nagedacht hadden ze waarschijnlijk hun rigs op de ondiepte geplaatst. We bekijken wat plekken. Overal karper. V-sporen, deiningen en kolken.

22 april 2011

Verhaal: De Snackbareigenaresse

Ik stap de snackbar binnen en doe de deur achter me dicht. De muffe frituurlucht komt me tegemoet. Het hoofd van een vrouw van een jaar of vijfenvijftig, dat veelvuldig onderhevig moet zijn geweest aan een overdaad aan frituurdampen en UV-licht, verschijnt boven de toonbank. Kennelijk heeft er wisseling van de wacht plaatsgevonden. Jammer, het meisje van vanmiddag was een stuk leuker.
“Goedemiddag meneer.”
“Goedemiddag.”
Als ze rechtop staat, kijkt ze me door haar kleine, ronde brilletje indringend aan. Twee zonnebankgebruinde borsten worden, van de zijkant ondersteund door haar ellebogen, vlak voor me op de toonbank neergezet. Haar decolleté staart me aan. Ik heb moeite om niet het verticale lijntje te volgen dat zijn einde zo’n twintig centimeter lager vindt.

17 april 2011

Eindelijk weer vissen!

Vandaag ben ik voor het eerst in vijf jaar weer aan het vissen. De keuze is gevallen op een ondiepe uitloper van Lac du Vette, waar we beiden een aantal plekken hebben gemaakt die we met de pen afvissen. Om mijn nog gebrekkinge spierkracht te sparen draagt Sander het voer en schepnet. Ik alleen mijn hengel, een tasje met vergunning, een EHBO-kit (mijn weerstand is door de medicatie laag en zo kan ik in geval van wondjes direct maatregelen nemen), twee reserve pennetjes, een zakje haakjes, loodjes en eten en drinken.

11 april 2011

Eindelijk karpers!

Rustig wroetend in de bodem
Zondag met Peter het water op.
We varen Lac du Vette op. Gelukkig is het ook vandaag redelijk rustig op het water. Vrijdag heb ik de bij House of Carp bestelde onderwaterkijker binnengekregen. Deze zou me in staat moeten stellen mijn plekken goed te bekijken bij helder water. En hij doet z'n werk zeer goed moet ik zeggen. Je kijkt zo een paar meter diep op de bodem. Peter noemt het snorkelen zonder nat te worden.
Een beoogde plek valt af na de bodem bestudeerd te hebben, drie andere zijn goedgekeurd. Ik heb er een leuk, handig speeltje bij. Binnenkort meer info over de onderwaterkijker van House of Carp

We varen een sloot in en leggen aan. Behoedzaam sluipen Peter en ik langs het water. Dan, eindelijk, de eerste karpers: twee stuks, rustig wroetend in de bodem. Pondje of 18. Het water is troebel en alleen een opmerkzaam oog met polaroidbril ziet ze. We blijven vijf minuten staan kijken, dan vervolgen we onze weg.

10 april 2011

Snoeken bij de vleet

Zaterdag weer even op zoek naar karper. Lokatie: diverse paaisloten.
Al na twintig meter de eerste beweging in het water: kolkjes. Het is er misschien 30 cm. diep. Azen? Nee, ruisvoorns aan de oppervlakte. Ook mooi.
Vlak onder de kant beweegt iets. 70 cm. snoek heeft zijn prooi in het vizier en volgt het schooltje ruizers behoedzaam, zijn lijf gespannen, zijn vinnen druk wapperend. Dan zorgt schaduw ervoor dat ik rover en prooi uit het zicht verlies. Ik zoek dekking achter een boompje en speur. Dan plots opspattend water, kolken en een snoeklijf door het wateroppervlak, niet meer dan vijf meter bij mij vandaan.
Als de rust is wedergekeerd zwemt het schooltje ruisvoorns uit de schaduw, ogenschijnlijk heel kalm, alsof er niets is gebeurd.

6 april 2011

Oppervlakte observaties

Onderstaande tekst maakt deel uit van mijn artikel dat in dé Karperwereld nr. 77 is verschenen.

In de verte klinkt het krijsen van meeuwen en keffen van meerkoeten. Bovenop een brug kiepert een vrouw een plastic tas met brood om.

Niet veel later sta ik op dezelfde brug. Verzadigd dobberen eenden, meerkoeten en meeuwen door elkaar. Niet onverwacht zie ik na een tijdje een dikke schubkarper uit de diepte omhoog komen en zonder problemen een half sneetje brood naar binnen werken. Het duurt niet lang voor ik zeven karpers tel, waaronder enkele dikke dertigponders. Het overgebleven brood wordt verorberd.

De betreffende brug is een bekende eenden-voer-brug waar dagelijks een paar broden hun weg naar het water vinden. De eenden- en meerkoetenkolonie vaart er wel bij. Ook de karpers weten deze eenvoudig te verkrijgen hap te waarderen, ondanks dat de vele ongewenste confrontaties met de mens hun sporen hebben nagelaten. Ik neem me voor zeker vijf keer per week een uurtje op de brug door te brengen, uiteraard met flink wat oud brood dat ik overal en nergens biets.

De watervogels komen al aangespurt als ik op de brug tot stilstand kom. Soms duurt het tien minuten voor de eerste karper verschijnt, soms meer dan een half uur, maar ze laten geen dag verstek gaan.
De samenstelling van de groep karpers wisselt, maar twee grote vissen zijn steevast aanwezig: twee spiegels,

4 april 2011

The search continues

Zaterdag. Vandaag weer met Sander op pad, dit keer met de boot. Het plan is om gewoon een stukje te varen en ondertussen een planning voor de komende tijd te maken. Sander heeft voor de zekerheid een penhengel en wat blikjes mais meegenomen, mochten we karpers tegenkomen. Zoals voorspeld is het zonnig en uit de wind zelfs warm.

We draaien het meer op. Het valt mee met de drukte. Enkel wat bootjes met zonaanbiddende mensen, geen speedboten en jetskies. Langzaam pruttelend volgen we de oever en herinneringen van vroegere sessies worden aangehaald:
‘Die nacht dat we in het natuurgebied zaten en onze stoelen op de drijvende rietkant hadden geplaatst. We vingen zes karpers, maar zakten steeds verder het water in’ en ‘de modderstek, waar we keer op keer succes wisten te behalen, maar die keer met die gigantische onweersbui is toch wel de meest memorabele sessie’ en ‘de Krabbenberg, waar onze boilies geen lang leven waren beschoren.’
Ondertussen fotograferen we potentiele stekken en diverse vogels, waaronder een zwaan die niet van wijken weet, en een paartje ijsvogels.