Nog even geduld aub

Ik geef me vandaag drie uurtjes de tijd om een karper te vangen. Ik zou graag langer willen, maar er moeten ook nog andere dingen gebeuren. Van een temperatuursverschil van 3,5 graden in het water is geen sprake meer. Vandaag geeft de thermometer overal ongeveer 2,8 graden aan. Twee rigs liggen op een ondiepte waar het drie meter diep is en de bodem uit zand bestaat, de derde, een snowman, ligt tussen de resten van een groot plompenveld. Rond de ondiepte loopt het vrij snel af naar zes meter. Ik heb niets bijgevoerd. Ik gok op de ondiepte omdat de actievere vis naar mijn mening eerder daar naar voedsel zal zoeken. Daarbij verschenen de meeste vissignalen op de dieptemeter steevast tussen de twee en vier meter. Het maakt me niet eens uit wat voor soort vis het is, maar waar voorn en brasem komen, komt ook karper. En als je nu zo even instant een paar uurtjes pakt neem je toch altijd een gok.

De boot schommelt lichtjes op de golfslag. Het is verrekte koud en vochtig, niks lekker dus. Heeft een kortdurende opwarming zoals een paar dagen geleden plaatsvond eigenlijk wel invloed op het gedrag van de  karpers? Daar heb ik me vandaag toch door laten leiden. Nu ik in mijn geheugen graaf kan ik me niet herinneren dat een kortstondige, plaatselijke opwarming ’s winters van invloedop mijn vangsten is geweest . Hebben ze eenmaal besloten ergens de winter door te brengen, dan zullen ze niet gauw grote afstanden gaan afleggen. Zonlicht is een ander geval. Ik ben ervan overtuigd dat niet warmte, maar de lichtintensiteit en het aantal lichturen de vissen ‘wekken’ uit hun winterstand.

Net geen twee uur na inleggen. De spanning op de lijn van de linker hengel lijkt even weg te vallen. Mijn ogen schieten naar de waker. Die zakt iets. Een piep uit de Carpsounder. Ik maak contact. Brasem. De eerste van het jaar. Tijd voor een bak thee en wat knakworstjes. Over een uurtje naar huis.

Ondertussen heb ik al min of meer een plan voor het voorjaar gemaakt: Ik ga lekker freewheelen; veel langs het water lopen en fietsen en toeslaan waar ik karper zie. Voornamelijk pen- en oppervlaktevissen dus. Nog even.