26 februari 2012

Bieden temperatuursverschillen houvast?

De 5 PK slaan aan en we zijn op weg. Drie pluggen en een dertig centimeter lang stuk rubber gaan overboord. Wouter en ik hebben twee doelen voor vandaag: Iets vangen met scherpe tandjes en informatie vergaren over eventuele verblijfplaatsen van karper.
De vaargeul lijkt veel vis te bevatten, dus daar concentreren we ons maar op. Als die niets oplevert pakken we de ondiepere delen erbuiten. De oppervlaktetemperatuur van het water bedraagt 2,3 graden.
Iets later kammen werpend een haven uit. Het heldere water, de niet al te harde wind en de zon gunnen ons een blik tot op de bodem waar het vier meter diep is. Onze kunstaasjes blijven onaangeroerd en ook een ontmoeting met een zonnende of rondscharrelende karper blijft uit.

Even de fish-id aan, is toch altijd leuk om te zien
Steile taluds en ogenschijnlijk verlaten ondieptes worden afgevist, een enkele keer treffen we een school aasvis, maar ook hier blijven aanbeten uit. Ook onze roep om zonnende karpers op de ondieptes blijft onbeantwoord. Kortom, het blijft stil. Andere vissers op het water vertellen hetzelfde verhaal.

Naarmate Wouter en ik de andere kant van het meer opgaan, neemt de temperatuur van het oppervlaktewater toe. Op de windkant blijkt het oppervlaktewater 5,8 graden te zijn, een verschil dus van 3,5 graden met de andere kant! Daarbij geeft de dieptemeter meer witvisconcentraties aan, dus besluiten we de rest van de dag aan deze kant van het water door te brengen. Zouden we hier dan wat karpers op de ondieptes tegenkomen?

We varen een ondiepe haven in, de pluggen nog altijd waggelend achter ons aan. Het is tijd om de inwendige mens te verzorgen. Ook hier geen karper tussen de steigers te bekennen. Waar zijn die beesten toch? Ik start de motor, werp mijn kunstaas weer in en plaats de hengel in de steun. Een kolk aan de oppervlakte op de plek waar mijn kunstaas terecht kwam. De hengeltop slaat krom. Aanbeet! Terwijl ik de vis naar de boot dril worden we door de ondertussen aangewakkerde wind wat laag overhangende bomen ingeduwd. Drie hengels schuiven door de boot, lijn verstrengelt zich met takken, hengeltoppen krommen zich. Gelukkig weet Wouter de boel te redden en blijft alles heel. Zo ze je maar, diverse kunstaasjes zijn langs de vis zijn neus gegaan en dan krijg je toch nog een aanbeet. De snoek meet 81 cm.

Eerste doel is bereikt. Je zou toch zeggen dat er minstens een paar karpers van het lekkere weer zouden genieten. We slaan dan ook geen potentiele plek over, maar het resultaat blijft hetzelfde. Wouter krijgt nog wel een beuk op zijn hengel, maar de vis blijft niet hangen. We laten het er bij. Ik heb in elk geval een aanknopingspunt voor komende week gevonden. Ik ga me voorbereiden op een bootsessietje.

6 opmerkingen:

  1. We willen te graag, da's 't hele eieren eten.... Over 2 maanden is er weer een heel ander probleem. Dat maakt dat hele vissen eigenlijk ook wel weer leuk.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. hallo boudewijn,
    wij hadden vandaag hetzelfde;in een afgesloten slotenstelsel waar we zomers karper,zeelt,ruisvoorn en snoek zagen zien we nu helemaal niets.het water is kraakhelder dus we konden het hele water bezien.
    we hebben echter niets gezien;waar zouden ze zitten!duikers,bruggen,riet en takkenbossen hebben we allemaal bekeken maar helemaal niets gezien!

    groet,patrick

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Mooie snoek, dat zou je bijna vergeten. Die karpers komen wel.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hoi Boudewijn,
    Komt dat temperatuurverschil door het warmere oppervlaktewater dat naar die ene kant is gespoelt? Mooie snoek had je weer.

    Grtz, Jeffrey

    BeantwoordenVerwijderen
  5. @Jeffrey, Ik denk het wel, de zon scheen flink op het einde van de dag na en naar mijn weten liggen er geen verwarmingselementen in het water ;) Ik ga het nog een paar keer opmeten, maar zulke verschillen had ik nog niet eerder geconstateerd.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Je hebt een karper verdient Boudewijn. Hij komt vast wel.

    Groeten,
    Stefan

    BeantwoordenVerwijderen