Sander en ik willen de ijsvogels nog eens rustig bekijken en hopen stiekem op een vroege karper, dus zijn we om 11.30 uur op weg.
Onderweg doen we een aantal voorjaarsplekken in de grachten aan, waar we zoals verwacht geen karper vinden. Het water is nog altijd troebel en opvallend donker van kleur. Ook nog genoeg bodemsediment aan de oppervlakte te zien dat eerst moet verdwijnen voor de karpers komen, tenminste dat is hier onze ervaring.
Even later staan we bepakt met camera’s en proviant aan de gracht. Van de vorige keer weet ik de vermoedelijke nestelplek van de ijsvogels, dus nemen we er recht tegenover aan de andere kant van het water in de struiken plaats. Zo houden we ook genoeg afstand om ze niet te verstoren. Het blijft bijzonder om ijsvogels in zo'n een klein stukje groen in de stad te zien. Buurtbewoners blijken ook van hun aanwezigheid op de hoogte te zijn, waaronder een vogelaar. De man zegt 96! vogelsoorten in de omgeving te hebben geteld en weet een hoop te vertellen.
We wachten af, eten en fotograferen en filmen wat, zien snoek paaien en watervogels doen wat ze in het voorjaar doen.
Een goede ander half uur later hebben we het gewenste beeldmateriaal en besluiten we nog even Lac du Vette aan te doen. Daar heb ik de afgelopen week wat snoeken en karpers zien zwemmen.
Ook hier is er nog meer bodemsediment naar boven gekomen en is het water op sommige plekken opvallend donker. Wat is dat toch?